Kerken communiceren niet alleen via kerkklokken
Cees van Tilburg: ‘Wat je doet, moet je goed verwoorden’
Vroeger communiceerden kerken alleen via de kerkklokken. ‘Bimbam’, beierden ze elke zondag. Hun boodschap? ‘Kom gauw, de kerkdienst begint.’ Inmiddels zijn er heel veel manieren van communiceren bijgekomen. Sinds juli hebben wij zelfs een heus kerkenraadslid voor communicatie: Cees van Tilburg. Moet die communicatiedrukte nou allemaal? En helpt het ons de kerk voller te krijgen? Zeven vragen hierover aan Cees.
Allereerst: wat betekent geloven voor jou?
“Ik ben niet iemand die 's morgens op de knieën voor het bed zit en ‘loof de Heer’ zegt. Geloof is voor mij meer een steun in het leven. Het geloof, en de verbinding onderling hierdoor, vind ik heel belangrijk. Is ook essentieel om kerk te zijn. Ieder doet dat geloven op zijn eigen manier. Daarom zit ik bij deze kerk: hier mag je op jouw manier geloven.”
Maar kerken lopen leeg. Hebben we nog wel toekomst?
“Als je zegt dat je naar de kerk gaat, word je soms raar aangekeken; ‘de kerk’ op zich heeft tegenwoordig een oubollige uitstraling. Goed om dan te laten merken dat het vooral ook een hele gemeenschap is. In het gebouw kom je als gemeenschap samen en voel je de onderlinge verbondenheid. Ook buiten de zondag, want ook dan wordt hier heel veel georganiseerd. Vaak zijn we echter te bescheiden, willen we niet op de voorgrond staan. Maar wat je doet, moet je wél goed communiceren, verwoorden. En publiceren waar mensen het ook zíen.”
Publiceren waar mensen het zien …? We doen toch genoeg?
“Vanuit de Taakgroep Leren Vieren startte ik een paar jaar geleden een werkgroep voor een nieuwe website. Later werd die groep voor de héle communicatie. We ontdekten toen de communicatie-eilandjes in onze kerk: communicatiemiddelen/groepen zonder samenhang. Daarop namen we ook een communicatiemedewerker aan. Om de eilandjes meer samen te integreren en vooral om slimmer te communiceren: elk middel voor andere doelen en mensen, binnen én buiten de kerk.”
Wat wil je dan bij wie bereiken? En hoe?
“De ene keer is communicatie interessant voor de ‘zondagsgangers’, de andere keer voor andere gemeenteleden en/of voor heel Dedemsvaart. Naar buiten willen we dan ook de kerk meer uitdragen. Bijvoorbeeld via een goede website met veel berichten over wat we allemaal doen. Naar bínnen willen we mensen meer betrekken bij wat er speelt in de kerk en ze behouden. Zoals 25- tot 40-jarigen; relatief jonge mensen, vaak met kinderen die we óók weer binding met de kerk proberen te geven. Hiervoor werken onder meer aan de introductie van een eigen kerkapp, Scipio.”
Welke uitdagingen zie je hierbij?
“Voorkomen dat de ouderen te behoudend blijven. En zorgen dat jongeren ervoor openstaan dat er ook belangrijkere dingen zijn dan online filmpjes kijken. Daarnaast wordt er soms gemopperd dat dingen niet goed zijn. Weet dan dat er veel mensen bezig zijn binnen onze gemeente. En dat ze belangrijk werk doen. Ik daag mopperaars uit om positief te reageren: ‘Zou dit of dit ook kunnen?’”
Waarom zit jíj voor communicatie in de kerkenraad?
“Mensen communiceren inmiddels op andere manieren. Ook wordt communicatie belangrijker én sneller. Als kerkenraad moet je dan ook sneller beslissingen kunnen nemen en een direct lijntje hebben. Zelf vind ik het vooral in deze tijd belangrijk dat mensen erbij blijven, bij de kerk, bij geloof. Mijn hoop? Dat jonge mensen leren dat geloof waarde toevoegt, voor nu én vooral ook voor later. En ontdekken: God kun je niet vastpakken, maar Hij pakt jou wel vast! Verder hoop ik dat de oude ‘eilandje’ zien dat we die boodschap samen moeten brengen. De kerkenraad heeft diezelfde drive.”
Krijgen we zo op zondag vollere kerken?
“Nee, wel meer verbondenheid. Als je activiteiten meer aandacht geeft, krijgt dat het een positieve invloed op onze kerkgemeenschap. Hoe mooi is het dat we op álle dagen van de week kerk zijn en laten zien dat we iets te bieden hebben? Mijn tip is dus: geef aandacht aan het vele werk wat we doen. Laat het onze werkgroep communicatie weten als je iets organiseert. Wij kunnen dan helpen om het meer aandacht te geven. Je wilt toch dat mensen eraan mee kunnen doen?”